Door Australië reizen en duiken bij het Great Barrier Reef, overnachten in hostels, nieuwe mensen ontmoeten én daarna doorreizen naar meer landen: Hanna (28) deed dit allemaal. Mét een visuele beperking. Ze heeft Leber’s Opticus Atrofie, een erfelijke oogaandoening die de oogzenuw aantast. Er zit daardoor een blinde vlek in het midden van Hanna’s gezichtsveld, en wat ze daarom heen ziet is onscherp. Ze heeft genoeg zicht om de vlek heen om zonder taststok te kunnen lopen, maar met een gezichtsscherpte van ongeveer 7 procent kan ze bijvoorbeeld niet lezen, en gezichten herkennen lukt alleen op ongeveer een halve meter afstand. Ondanks dit is ze net klaar met haar bachelor internationale Betrekkingen, en start ze in september aan haar master Disability Studies. Én reist ze ontzettend graag.
Toen Hanna op haar twintigste slechtziend werd, dacht ze dat ze niet meer alleen zou kunnen reizen of in het buitenland kon wonen. Maar niets bleek minder waar! Hanna: “Toen ik wat meer gewend raakte aan het slecht zien en mijn intensieve revalidatie op het Loo Erf had gedaan, begon ik me af te vragen: waarom eigenlijk niet? In Nederland ging ik ook gewoon naar onbekende steden met de trein. Dat lukte. Dus waarom zou dat in het buitenland niet kunnen?”
Een TED-talk veranderde alles en gaf de doorslag. Ze hoorde Tony Giles, een blinde man die ook slechthorend is, vertellen over zijn solo reizen naar 132 landen. Toen dacht Hanna: “als hij dat kan, kan ik het in ieder geval proberen.”
Australië: alleen eropuit
"Ik wilde weten of ik het kon: reizen in m’n eentje, als slechtziende.” Ze besloot haar droom uit te laten komen. “Ik wilde altijd al reizen. Vroeger ging ik met mijn ouders en zusje ook op reis en maakten we rondreizen door onder andere Costa Rica en Thailand. Dit wilde ik ook doen als ik ouder was. Daarnaast wilde ik nu ook weten of ik een rondreis in mijn eentje kan maken.”
Hanna reisde twee maanden alleen met de bus door Australië. Ze sliep in hostels, las zich goed in via reisblogs, en had als tip voor zichzelf: het hoeft niet perfect te zijn. Australië leek Hanna een goede start: “ze spreken Engels, het is veilig en mensen zijn er relaxed." Na Australië reisde ze samen met haar vriend nog zeven maanden verder.
"Ik ben zo blij dat ik de reis heb gemaakt”
Hanna praat enthousiast en met enige trots over de reis. “Het was echt een zelfoverwinning. Ik ben zó blij dat ik gegaan ben. Het heeft me zoveel zelfvertrouwen gegeven. Ik heb geleerd om flexibel te zijn, om te vertrouwen op anderen én op mezelf.”
Reizen met een visuele beperking vraagt misschien wat meer voorbereiding, lef en creativiteit. “Ik heb de reis ook erg goed en lang voorbereid. Twee jaar voordat ik op reis ging, heb ik besloten om te gaan en toen begon de voorbereiding. Ik heb veel websites bekeken, blogs gevolgd en gelezen en vooraf onderzocht waar ik allemaal naartoe zou willen”. Belangrijk voor Hanna was dat ze zonder verwachtingen de reis aan ben gegaan. “Ik ging gewoon kijken hoe het ging en als het niet leuk zou zijn, dan bleef ik gewoon langer op een plek.”
Vooraf had Hanna wel een paar overnachtingen geboekt. “Verder keek ik gewoon per dag wat goed voelde. En als het tegen zou vallen? Dan zou ik ergens blijven, boeken luisteren en bijkomen. Ook dat is oké en dat gaf mij rust.”
Hanna ontmoette via een internationale Facebookgroep een man in Adelaide met dezelfde oogziekte. “Ik had een vraag gesteld over op reis gaan met als je slechtziend bent en ik schreef dat ik naar Australië wilde. Er reageerde een man en die vertelde dat hij in Australië woont en hij bood me een slaapplek aan en hielp me op weg. Door hem had ik meteen een lokaal netwerk. Hij leerde me hoe het is om in Australië slechtziend te zijn. Dat gaf veel vertrouwen.”
Hulp vragen is ook een kracht
Hanna heeft veel geleerd van de reizen en het heeft haar ook veel gebracht. Een van de grootste lessen was om hulp vragen. "Dat vond ik lastig. Maar ik móest het doen om dingen te kunnen. Als ik uitlegde wat ik zag en wat niet, waren mensen begripvol en vriendelijk en willen ze helpen. In elk hostel zei ik bijvoorbeeld: ik ben slechtziend, dus ik herken mensen niet. Als ik je niet groet, spreek me dan gewoon aan. Mensen vonden dat nooit raar.”
Sommige activiteiten waren spannend. “Ik wilde duiken bij het Great Barrier Reef. Ik had al eens eerder gedoken, toen ik nog goed zag. Nu had ik de angst dat ik de instructeur kwijt zou raken onder water. Maar ik wilde het zó graag, dus ik ben gewoon gegaan. Onderweg naar de boot vertelde ik het meisje dat naast me zat over mijn slechtziendheid, en vroeg ik of ze me misschien kon helpen indien nodig. Ik heb ook de duikinstructeurs meteen geïnformeerd en die deden toen hun best om te zorgen dat ik alle uitleg goed meekreeg.”
De duik vond ze onvergetelijk. “Onder water zag ik de kleuren en vormen van de vissen en het koraal als ze binnen een meter van me waren. Alles verder weg was vaag, maar dat maakte niet uit. Het was magisch.”
Het reizen heeft Hanna meer zelfvertrouwen gegeven. “Als ik nu twijfel over iets, denk ik, ik kan het, want ik heb alleen door Australië gereisd. Of als mensen mij onderschatten, dan kan ik bewijzen dat ik dingen kan.”
Wereld samen ontdekken
Na Australië reisde Hanna samen met haar vriend door Nieuw-Zeeland, India, Nepal, Japan en Vietnam. “Samen reizen is makkelijker en minder vermoeiend. Ik hoefde niet alles zelf te doen. Het was fantastisch dat we dit samen hebben gedaan.”
In Japan merkte Hanna hoe toegankelijk een land kan zijn. “Bij de ingang van de wc’s op het vliegveld sprak als je langsliep automatisch een stem die vertelde aan welke kant de mannen- en vrouwen wc’s waren. In de trein hing een bordje waarop je met je vingers kon voelen hoe de coupé eruitzag. Er stond ook braille, al was dat in het Japans. Maar het idee was zo mooi.”
In Australië kon ze gratis met het openbaar vervoer reizen, samen met een begeleider. “Dat zou ik in Nederland ook wel willen.”
In andere landen was het soms lastiger. “In Nepal reageerden mensen niet altijd als ik uitlegde dat ik slechtziend ben. Of ze begrepen het niet. Mensen leken het een lastig onderwerp te vinden. We hebben een 10-daagse wandeltocht door de Himalaya gemaakt met een gids. Die gids vond het maar ingewikkeld dat ik slechtziend was en onderschatte hoeveel ik kon. Door de taalbarrière kon ik hem ook niet goed uitleggen hoe het zat en was de communicatie een beetje ongemakkelijk. Maar de tocht was prachtig en ik liet gewoon mijn vriend de meeste communicatie met de gids doen.”
Tips van Hanna
- Begin dichtbij. Een dagje uit, een weekendje weg, dat is ook reizen.
- Lees je goed in. "Voorpret helpt, en je voelt je zekerder."
- Stel geen hoge eisen. "Het hoeft niet perfect te zijn. Alles wat lukt, is winst."
- Wees open. "Zeg eerlijk dat je slechtziend bent. Dan snappen mensen waarom je dingen anders doet."
- Laat je niet tegenhouden door angst. "Het was eng, ja. Maar ik ben zó blij dat ik het gedaan heb."
Wat Hanna nog graag mee wil geven is dat reizen de moeite waard is. “Er mensen zijn die zeggen: waarom zou je gaan reizen als je niet meer kan zien? Er is zoveel meer te ervaren dan zien; het eten dat je kan proeven, de mensen die anders zijn, de muziek die je hoort. Het normale leven is de moeite waard als je niet goed ziet en zo is het bij reizen ook.”
De zomervakantie is aangebroken en dan gaat Hanna ook weer drie weken op reis. Dichterbij huis deze keer. Eerst naar Frankrijk en Italië met haar vriend en daarna door naar Zwitserland waar ze nog een week blijven met hun familie.