Wat is blind of slechtziend?
Blinde mensen zien heel weinig of zelfs niets. Slechtziend is iemand die minder dan 30% ziet. Een oogarts beoordeelt dit. Voorbeelden van slechtziendheid zijn kokerzicht, wazig zien (staar) en wiebelogen (nystagmus).
Kokerzicht
De meeste mensen kunnen een heleboel tegelijk zien. Bijvoorbeeld als je buiten loopt. Je ziet mensen, de stoep, de lucht, verkeer en huizen aan de overkant. Dat wat je allemaal tegelijk ziet, heet je gezichtsveld. Heel handig, bijvoorbeeld als je moet oversteken. Sommige slechtziende mensen hebben een kleiner gezichtsveld. Als ze gewoon naar voren kijken, zijn er stukken die ze niet zien. Mensen met kokerzicht hebben dit probleem. Het gezichtsveld van elk van hun ogen is maar een klein rondje. Ze moeten veel heen en weer kijken om alles te kunnen zien. Bijvoorbeeld om te weten wie er allemaal in de kamer zijn. Maar ook tijdens het oversteken.
Weten wat mensen met kokerzicht zien?
Maak de eerste versie van de simulatiebril.
Wazig zien of staar
Achter je pupil zit een doorzichtige lens. Hierdoor kun je scherp zien. Bij sommige slechtziende mensen is de lens troebel in plaats van helder. Hierdoor zien ze niet scherp, maar wazig. Een boek lezen of zien of iemand kwaad of vrolijk kijkt, gaat dan moeilijk. Een troebele lens is een oogziekte: staar. Soms kan een operatie helpen.
Weten wat mensen met staar zien?
Maak de tweede versie van de simulatiebril.
Lees uitgebreide informatie over staar.
Wiebelogen (nystagmus)
Mensen die nystagmus hebben, hebben ogen die de hele tijd bewegen. Daarom wordt deze vorm van slechtziendheid ook wel “ wiebelogen” genoemd. Met wiebelogen kun je niet scherp zien. Soms helpt een bril, soms kun je er niets aan doen. Dan moet je ermee leren omgaan. Dat kan bijvoorbeeld door dingen dichterbij te halen of door hulpmiddelen te gebruiken.
Lees uitgebreide informatie over nystagmus.